De stad is nog stil.
Tegen elkaar en een muur
slapen twee fietsen.
Ik maak nooit iets mee maar vandaag wel. Vandaag is er een mysterie opgelost. Een heel miserabel mysterie. Een ‘Kliko mysterie.’
Ik heb nooit een goeie band met Kliko’s gehad. Vanaf de eerste Kliko in mijn leven, miste ik de klik.
Dan sliep ik nog.
Dan hoorde ik de vuilniswagen aankomen rijden en dacht, shit vergeten!
Dan schoot ik snel mijn schoenen aan (zo half, je kent het wel.)
Dan wilde ik meteen naar beneden.
Dan vergat ik altijd weer dat een steile trap met flobber schoenen aan, meer lijkt op een glijbaan en dan gleed (nou ja bonkte) ik naar beneden.
En zo kwam ik elke keer weer bond en blauw, met mijn Kliko bij het verzamelpunt aan. Bezweet en met trillende benen.
Vanaf die tijd kon ik nooit meer normaal naar een vuilniswagen luisteren. Elke keer als ik er een aan hoorde komen dacht ik, snel in de benen! Ook al was ik in een hele andere stad. Wat een waanzin. Maar het verhaal wordt nog waanzinniger.
Ik kreeg steeds meer weerstand tegen deze rot Kliko’s. Ze bezorgden me stress, ergernis en stank, vooral die groene in de zomer. Die moest je steeds weer schrobben. Je kent het wel. En dan had je van die adresstickers die er na verloop van tijd af begonnen te bladderen. De vraag was dan; van wie is welke container? Die schone van ons stond dan bij de buren en die met die maden moest dan zogenaamd van ons zijn. Tja daar stond ik dan zonder goede tegenargumenten.
Toen ik een paar jaar later in een ander huis met een andere container bij het verzamelpunt stond om de Kliko op te halen, deed zich toch weer hetzelfde voor. Drie containers zonder nummer en, eerlijk is eerlijk, die van ons stond daar ook tussen. Zoek het dan maar eens even uit.
Ik deed de deksel van de Kliko die voor mij stond open, maar de geur was zo onmetelijk ranzig, zo ongepast goor, daar moest ik echt even van bijkomen. Toen zag ik groene grassprietjes aan de rand en dacht meteen aan ons pas gemaaide gazon. Shit! Dat moet die van ons zijn. Met of zonder adressticker. En dus sleurde ik onze Kliko met tegenzin naar huis.
Ik denk niet dat de klik ooit nog gaat komen.
- Het gedicht in de tekst is van Tjitske Jansen uit de bundel: ‘Het moest maar eens gaan sneeuwen.’
- Het verhaal is geïnspireerd op de verhalenbundel ‘Ik maak nooit iets mee’ van Guus Middag.
Foto: Pixaby – Viarami