Drukte
Meestal reis ik met de auto, maar naar hartje Amsterdam is het praktischer met het openbaar vervoer. Tenminste…..het is maar hoe je het bekijkt met de krappe bezetting van de NS tegenwoordig. Mensen klagen of staren in de bus en trein vaak naar hun telefoon. Ik vind het juist leuk om mensen te observeren.
Ik zat in de bus en aan de andere kant van mij, zat een oudere dame bij het raam. In de stoel naast haar werd een 3 jarig jongetje neergezet. De oudere dame keek het jongetje vriendelijk aan. ‘Ik zou wel even de deur dichtdoen,’ zei ze tegen zijn moeder. Ze bedoelde dat de stoelleuning achter het jongetje naar beneden kon. De moeder begreep de hint en de dames raakten in gesprek. Eerst ging het over het 3 jarige jongetje, daarna over de kleinkinderen van de oudere dame. Ze had er vier en vertelde er trots over. Van elk kind liet ze een foto op haar telefoon zien. Over iedereen was ze even enthousiast.
Ook in de trein had ik geluk. Ik had een zitplaats! Terwijl her en der mensen moesten blijven staan. Op de terugreis was het echter andere koek. Het was zo ontzettend druk dat ik niet verder kwam dan het voorportaal van de trein. Daar stonden twee muzikanten met gigantische koffers, een moeder met een baby in een kinderwagen, twee alternatieve meiden, een stelletje op de trap, een slonzige man, een kleine Indische man, drie meiden naast mij en achter mij stond een student. ‘Is de wc nog bezet. Ik moet echt heel nodig plassen,’ zei hij met een biertje in zijn hand.
De baby keek vrolijk om zich heen terwijl de trein steeds harder heen en weer schudde. Ik werd er misselijk van. De alcohollucht van de student versterkte dat. Ondertussen was hij naar de wc geweest en dronk rustig verder terwijl de moeder van de baby steeds boven de kinderwagen hing om te kijken of het wel goed met haar kleine ging. De ogenleden van de baby knipperden steeds langzamer. Maar iets hield hem toch wakker.
Om mij heen hoorde ik geroezemoes. Maar die rust was meteen verstoord toen de student zijn telefoon op nam. ‘Hè Gozer,’ schreeuwde hij. Alsof hij in een stampvolle kroeg stond en boven de muziek uit moest komen. ‘Ik sta in een ontzettend drukke trein,’ zei hij bekakt. ‘Echt niet normaal meer. Ik heb de vorige trein gemist, maar ik kom eraan hoor. Maar Gozer, je gaat wel effe dat fancy pakkie van je passen. Dat zou echt onwijs briljant zijn.’
Ik keek naar de baby in de kinderwagen. Hij vocht tegen de slaap. Kwam het door het gezicht van zijn zorgzame moeder, door de alcoholwalm, door de trein die hem steeds wakker schudde of omdat hij net als ik alles wilde observeren, omdat drukte gewoon ook erg interessant kan zijn.
Foto: Open Clipart-Vectis